Werkpakket 3: Exploitatie van wilde verwanten om de diversiteit van gewassen te verhogen
Werkpakket 3 richt zich op het exploiteren van wilde verwanten van gewassen en richt zich op de volgende hoofddoelstellingen en taken die deze inspanning sturen.
Doelstellingen
- Ontwikkelen, vermeerderen en genotyperen van nieuwe genetische hulpbronnen voor pre-breeding en veredeling van tarwe-, koolzaad- en suikerbietvariëteiten
- Het integreren van fenotypische en moleculaire data om nieuwe genen en allelvarianten te identificeren voor relevante agronomische eigenschappen (resistentie/tolerantie tegen abiotische en biotische stress en voedingswaarde) om gecultiveerde variëteiten te verbeteren.
- Karakteriseren van introgressies van verwante wilde gewassen in geteeld tarwemateriaal
- Het faciliteren van de participatieve ontwikkeling van nieuwe variëteiten met een multi-actor benadering.
Taken
- Ontwikkeling, vermenigvuldiging en genotypering van genetische hulpbronnen afgeleid van wilde verwanten van gewassen
- Identificatie van genetische hulpbronnen voor abiotische resistentie en voedingswaarde in tarwe
- Identificatie van genetische hulpbronnen voor biotische resistentie
- Evaluatie van introgressies van wilde verwanten in geteelde tarwe lijnen
- Interactieve betrokkenheid van belanghebbenden: een dynamische leeragenda