This website no longer supports Internet Explorer 11. Please use a more up-to-date browser such as Firefox, Chrome for better viewing and usability.

PRO-WILD achtergrond

Wilde verwanten zijn wilde soorten die genetisch verwant zijn aan gecultiveerde gewassen en vormen een rijke bron voor gewasverbetering en voedselzekerheid. Ze bevatten genen die de weerbaarheid tegen biotische en abiotische stress en de voedingskwaliteit van hun verwante gewassen kunnen verbeteren.

De productie van nieuwe rassen is door het Intergovernmental Panel on Climate Change benadrukt als een cruciaal middel om de gevolgen van klimaatverandering te beperken.

Europa heeft een zeer grote diversiteit aan inheemse soorten die waardevol kunnen zijn voor belangrijke gewassen. Antropogene activiteiten vormen echter een grote bedreiging voor inheemse soorten.

De gezamenlijke aanpak van PRO-WILD past in het algemene kader van de Farm to Fork-strategie die de kern vormt van de Europese Green Deal die erop gericht is voedselsystemen eerlijk, gezond en milieuvriendelijk te maken.

Projectaanpak

PRO-WILD wil bijdragen tot de ontwikkeling van een duurzame Europese landbouw die de grote uitdagingen aankan, met name het behoud van biodiversiteit en voedselzekerheid in het kader van de klimaatverandering, via het behoud, de karakterisering en de valorisatie in veredelingsprogramma's van CWR's voor drie belangrijke Europese gewassen die moeten worden geteeld in een waaier van landbouwsystemen en pedo-klimatologische regio's in Europa. PRO-WILD heeft de volgende vier doelstellingen:

  • O1: prioriteiten identificeren voor het behoud in situ van de genenpools van CWR's van tarwe, koolzaad en suikerbiet
  • O2: de in genenbanken beschikbare CWR's inventariseren en aanvullen (ex situ) en hun behoudsstatus beoordelen
  • O3: de diversiteit van gewassen vergroten door gebruik te maken van CWR-genenpools
  • O4: belanghebbenden bewuster maken van de waarde van CWR.

Behoud in situ, waarbij genetische reserves of beschermde gebieden worden aangelegd, is een manier om de genetische diversiteit van CWR te behouden. Het zorgt ook voor een voortdurende natuurlijke uitwisseling van genen en een constante evolutie van CWR-populaties die geconfronteerd worden met veranderende biotische en abiotische beperkingen.

Behoud ex situ is een aanvulling op behoud in situ. Het gaat om het behoud van soorten buiten hun natuurlijke habitat, voor planten over het algemeen in genenbanken. Deze bieden gemakkelijker toegang tot genetische bronnen voor veredeling, maar vertegenwoordigen slechts een deel van de huidige diversiteit.

Tot slot vereist het aanboren van genetische diversiteit in CWR om gewassen te verbeteren meestal intensief werk, pre-breeding genaamd, dat bestaat uit het overbrengen, via een overgangsreeks van genetisch materiaal, van gewenste eigenschappen naar nieuwe variëteiten die compatibel zijn met de economische en sociale doelen van boeren en de hele waardeketen tot aan de consument.

Do you want to add the website to the Home screen?
tap and then scroll down to the Add to Home Screen command.